1e Van der Huchtschool

Paulus Potterlaan, Soest, tel: 035 – 60 37 459

Wereldorientatie

Over de nieuwe geïntegreerde methode voor Wereldoriëntatie en wat dat te maken heeft met een treinritje naar Assen

Sinds een aantal jaren werken we met een geïntegreerde methode voor wereldoriëntatie. Het belangrijkste woord in die zin is ‘geïntegreerd’. In dit artikel leggen we u graag uit wat dat betekent, wat er in de klas verandert en hoe deze methode aansluit op onze visie op onderwijs.

Al ver vóór het jaar 0 sprak Confucius (551-479 v Chr.) de wijze woorden:

“Vertel het me en ik zal het vergeten.
Laat het me zien en ik zal het onthouden.
Laat het me ervaren en ik zal het me eigen maken”.

Iedereen die opvoedt of onderwijst weet dat Confucius gelijk heeft. Vertel een 10-jarige wat de hoofdstad van Drenthe is en die kennis verdampt waar je bijstaat.

Laat het die 10-jarige zelf opzoeken in een atlas en de kans dat het wordt onthouden stijgt. 

Stap met diezelfde 10-jarige op de trein naar Assen en het kind vergeet de rest van zijn leven nooit meer wat de hoofdstad van Drenthe is.

Natuurlijk doet dit voorbeeld geen recht aan de dagelijkse praktijk. We kunnen niet voor alles in de denkbeeldige trein naar Assen stappen. Maar in feite is dat wel waar de nieuwe methode ons bij gaat helpen.

De methode die we inzetten, Blink Wereld, moedigt uw kind aan actief te onderzoeken en ontdekken. Voor de kinderen is dat trouwens niet zo nieuw als het misschien lijkt. In de kleutergroepen doen ze niets anders. Daar leren ze spelenderwijs. Eenmaal in groep 3 wordt dat minder. Daar is in het regime van methodes en methodieken geen ruimte voor. Daar willen we met deze nieuwe aanpak wat aan doen. Niet alleen voor groep 3, maar voor alle groepen.

In de nieuwe aanpak, gaan de kinderen aan de slag met thema’s. Daarbij komen de vakken aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, techniek en burgerschap aan bod. Niet als ‘losse vakken’, maar geïntegreerd. Omdat alle stof op een logische, passende manier wordt aangeboden, zit in het ene thema wat meer geschiedenis en in het andere wat meer techniek. Maar aan het einde van de rit is alles aan bod gekomen. Van de Slag bij Nieuwpoort (2 juli 1600 – wist u het nog?) tot en met de uiterwaarden, van brandnetels tot zwaartekracht.

Kennis toepassen

Elk thema begint met klassikale kennisoverdracht en instructie. Daarmee wordt de basis gelegd. Vervolgens krijgen de kinderen de ruimte om zelf te onderzoeken wat ze interessant vinden. Dat betekent uiteraard niet dat we de kinderen loslaten en er ‘het beste van hopen’. De ruimte die ze krijgen om zelf op ontdekkingsreis te gaan, is gestructureerd en wordt gecontroleerd. Dat proces begint bijvoorbeeld met het formuleren van een onderzoeksvraag. De 21e eeuwse vaardigheden, zoals samenwerken, kritisch denken en informatievaardigheden, komen uitgebreid aan bod.

We halen er nog een andere oude wijsgeer bij. Volgens Socrates is “Onderwijs het ontsteken van een vlam en niet het vullen van een vat”. Wat hij daarmee bedoelde is dat leren pas effectief is als het kind z’n natuurlijke, aangeboren nieuwsgierigheid achterna holt, op zoek naar oplossingen en antwoorden. Van woordjes stampen, tafels opdreunen en jaartallen onthouden – het vat vullen – lijkt het alsof je meetbaar ‘wijzer’ wordt, maar word je niet perse slimmer.

Waarvan dan wel? Hoe werkt dat eigenlijk, leren? En is er wat mis met ‘tafels stampen’?

Uit onderzoek weten we dat leren een proces is van 6 fases: onthouden, begrijpen, toepassen, analyseren, evalueren en creëren. Maar… dat hoeft niet per definitie in die volgorde. Kijk naar kinderen die leren lopen. Die slaan die eerste twee fases over. Ze beginnen met toepassen: ze trekken zich ergens aan op, vallen op hun billen en proberen het net zo vaak tot ze lachend de wijde wereld in stappen. Er komt geen boek, geen leerplan of theorie aan te pas. Er zijn wél heel veel mensen die het voordoen. Vervang ‘voordoen’ door ‘inspireren’ en je komt tot de essentie van goed onderwijs.

Als je als opvoeder/onderwijzer vasthoudt aan het idee dat leren alleen kan beginnen met onthouden, dan doe je kinderen die beter toepassen dan onthouden te kort. Letterlijk. Omdat die kinderen niet ‘mogen’ beginnen met een fase van het leerproces die beter bij hen past en zodoende de meeste leeropbrengst heeft. Populair gezegd: die kinderen moeten meteen op de trein naar Assen kunnen stappen en niet pas als ze hebben onthouden wat de hoofdstad van Drenthe is. En dat is wat deze methode biedt.

Houden we dan (om maar even in dit voorbeeld te blijven) helemaal op met topo? Nee. Want Socrates of niet: op een goed moment moet dat vat gewoon gevuld worden. Daarom worden de 300 belangrijkste plaatsen geoefend via de online game TopoMaster. En ja, Assen staat er ook in.

We kozen deze methode niet voor niets. Er ging een hoop ‘huiswerk’ aan vooraf. We hebben gericht gezocht naar een methode die aansluit op onze visie op onderwijs zoals we die hierboven in grove lijnen hebben geschetst. Inmiddels zijn we daadwerkelijk aan het werk en blijkt dat we ons huiswerk goed hebben gedaan.

Natuurlijk is het even wennen. Voor ons, leerkrachten. Niet voor de kinderen. Die (her)ontdekken héél snel dat leren leuk kan zijn. Misschien niet altijd, maar vaker dan vroeger.